Training voor defensie

Foto:

In de training van zaterdagochtend in Seefeld is heel specifiek defensief geoefend door bondscoach Bert van Marwijk. Het ging daarbij om druk zetten op de verdediging, maar vooral om onder druk uit te verdedigen en in balbezit te blijven. De bondscoach zat er bovenop, net als assistent Frank de Boer. Ryan Babel en Robin van Persie haalden het einde van de oefensessie niet.

,,Je mag hem ook een hengst geven hoor,” zei De Boer tegen Maarten Stekelenburg na de training. Ruud Hesp, Sander Boschker en Phillip Cocu discussieerden mee. Het ging over de snelheid waarmee de bal rond moet gaan, bij het uitverdedigen, en hoe risico’s uit te sluiten. Als het penibel wordt, knal dan de bal de tribune maar in, wilde De Boer maar duidelijk maken. Stekelenburg knikte.

Andre Ooijer had bij vlagen wat moeite met de oefening. Hij gaf althans een slappe bal breed, die door Huntelaar werd opgepikt. In een poging zijn fout te herstellen, tastte Ooijer opnieuw mis. Doelpunt.

Station overslaan

De hesjesverdeling zei nog niet veel op deze zaterdag. De bondscoach wilde vooral de verdediging in combinatie met het middenveld trainen in het uitverdedigen en op balbezit spelen, onder druk. ,,Station overslaan, Sander,” riep hij bijvoorbeeld toen keeper Boschker eerst Heitinga aanspeelde, terwijl de bal direct naar back Van Bronckhorst kon, die verder naar voren vrij stond.

,,Eerste aanname Edson!” schreeuwde Van Marwijk toen Braafheid de hard ingespeelde bal van zijn voet liet stuiteren. Hard en snel inspelen, middenvelders met een man in de rug durven aanspelen, daar ging het om. De balbehandeling van Mark van Bommel, Rafael van der Vaart en Wesley Sneijder bleek ook nu cruciaal voor die manier van spelen. Snel draaien en doorspelen, daar legde ook De Boer de nadruk op. 

Voorzorg, niets ernstigs

Intussen zaten Robin van Persie en Ryan Babel aan de kant. Benadrukt werd dat het om voorzorg ging en niets ernstigs was. De twee komen langzaam terug op het niveau van volledige inzet. De bondscoach wil niets forceren. Bij Arjen Robben is dat geen punt. Hij speelde bij de aanvallende partij en liep er op rechts een paar keer met speels gemak langs bij de linksback van dienst, die steeds wisselde van naam. Het maakte voor Robben weinig uit.

Het publiek dat na afloop op handtekeningen hoopte schreeuwde ook het hardst om zijn naam, maar misschien kwam dat omdat München niet zo heel ver weg is.

Volg ons ook op Twitter!