Er is iets mis gegaan.

Het lukt niet om de pagina die je zocht op OnsOranje.nl te laden.

Op dit moment is de website in onderhoudsmodus. Probeer het later nog eens.

Gebruik je een adblocker? Probeer deze uit te zetten en laad de pagina opnieuw.

TOP-11: Eénmalige internationals

KNVB Media
KNVB Media
16 januari 2010, 13:04

Foto:

Spelen in het Nederlands elftal is een hele eer. Ook als het beperkt blijft tot slechts één interland. Een TOP-11 van éénmalige internationals.

11. Otman Bakkal, PSV

2009: Nederland-Paraguay 0-0 (oefenduel)
 
Debuteerde in november 2009 in Oranje. Bakkel is niet alleen de meest recente debutant, maar ook de speler die momenteel het Oranje-shirt het kortst heeft gedragen van alle internationals. Hij kwam voor slechts zes minuten het veld in. Hiermee nam de PSV’er het record over van Joop Wille, die in 1940 negen minuten speelde tegen België. Met het verschil dat Bakkal nog altijd de gelegenheid heeft om hier overheen te gaan.
 
10. Fred Rutten, FC Twente
 
1988: Italië-Nederland 1-0 (oefenduel)
 
Ook Fred Rutten, de huidige trainer van PSV, heeft het shirt van het Nederlands elftal één keer om zijn schouders gehad. Rutten, destijds herkenbaar aan lang haar en een snor, speelde enkele maanden na het gewonnen EK een oefeninterland tegen Italië. Een half uur voor tijd maakte Rutten zijn enige dertig minuten in het Nederlands elftal.
 
9. Hennie Meijer, Ajax
 
1987: België-Nederland 0-0 (oefenduel)
 
De Surinaamse laatbloeier sloot zich pas op zijn achttiende aan bij een voetbalvereniging, maar haalde wel het Nederlands elftal. In het seizoen dat hij voor Ajax uitkwam verzamelde de stevige spits zijn enige interland in het oefenduel met België.
 
8. Romano Denneboom, NEC
 
2004: Nederland-Liechtenstein (oefenduel)
 
Marco van Basten was in zijn periode als bondscoach niet bang om nieuwe spelers uit te proberen. Hij experimenteerde er lustig op los. Liefst 32 spelers verdienden onder Van Basten het KNVB-haasje. De uitverkiezing van Romano Denneboom, destijds aanvaller van NEC uit Nijmegen, deed wel erg veel wenkbrauwen fronzen. Niet in de laatste plaats bij Denneboom zelf.
 
7. Martin Koeman, GVAV
 
1964: Nederland-Oostenrijk 1-1 (oefenduel)
 
De vader van Erwin (34 caps) en Ronald (78 caps) moest lang wachten op zijn debuut in Oranje. Pas de zevende keer dat hij werd opgeroepen mocht de speler van GVAV, de voorloper van FC Groningen, daadwerkelijk meedoen. Ruim een kwartier voor het einde mocht hij tijdens het oefenduel met Oostenrijk van bondscoach Elek Schwartz invallen voor Piet Kruiver. Zijn wedstrijdshirt mocht hij niet houden, dat was slechts voorbestemd aan de basisspelers.
 
6. Bert van Marwijk, Go Ahead Eagles
 
1975: Joegoslavië-Nederland 3-0 (oefenduel)
 
Aan het einde van het seizoen 1974-1975, als al bekend is dat Bert van Marwijk naar AZ’67 vertrekt, debuteert hij tegen Joegoslavië. Hij trof een fysiek sterke opponent. ,,Elke keer wanneer ik de bal had, zat hij er bovenop en vloog ik over de omheining.'' In de rust wordt Van Marwijk gewisseld. Blessureleed voorkomt dat Van Marwijk meer interlands speelt.
 
5. Cees Schapendonk, MVV
 
1981: Nederland-Cyprus 3-0 (WK-kwalificatie, 1 keer gescoord)
 
In het seizoen 1980/1981 – het jaar dat AZ kampioen werd – was MVV’er Cees Schapendonk lange tijd topscorer van de Eredivisie. Voor interim-bondscoach Rob Baan reden genoeg om hem tegen Cyprus te laten spelen. Schapendonk maakte een van de drie treffers. Onder diens opvolger Kees Rijvers werd Schapendonk echter niet meer opgeroepen.
 
4. Jan van der Sluis, VOC
 
1912: Nederland-Finland 9-0 (Olympische Spelen, 2 keer gescoord)
 
Tijdens de Olympische Spelen van 1912 in Zweden beleefde Jan van der Sluis zijn ‘finest moment’. De speler van VOC maakte tegen Finland zijn debuut en was verantwoordelijk voor de openingstreffer en de 6-0. Het betekende een bronzen plak voor Nederland, maar ook het einde van de interlandloopbaan van Van der Sluis.
 
3. Barry van Galen, AZ
 
2004: Andorra-Nederland 0-3 (WK-kwalificatie)
 
Met 34 jaar en 227 dagen is Van Galen de oudste debutant in de historie van het Nederlands elftal. De AZ’er werd opgeroepen door bondscoach Marco van Basten en verzamelde op zijn oude dag zodoende zijn enige interland tijdens de kwalificatiereeks voor het WK in 2006. Opmerkelijk: tijdens dat eindtoernooi genoot Van Galen al van zijn voetbalpensioen.
 
2. Piet de Boer (KFC)
 
1937: Nederland-Luxemburg 4-0 (WK-kwalificatie)
 
Nadat Bep Bakhuys prof werd en dus niet meer voor Oranje mocht uitkomen, werd Piet de Boer door de keuzecommissie – destijds verantwoordelijk voor de selectie – in 1937 benoemd tot zijn opvolger. De hattrick tegen Luxemburg maakte nauwelijks indruk in de kranten. 'De kleine Koger kon met dezen hattrick de poveren indruk van het eerste uur niet opheffen. Voor zwaar werk lijkt hij allerminst de aangewezen persoon.' De keuzeheren deelden deze mening: De Boer werd nooit meer opgeroepen.
 
1. Marcel Peeper (FC Twente, foto)
 
1990: Sovjet Unie-Nederland 2-1 (oefenduel).
 
De meest ongelukkige debutant uit de historie van het Nederlands elftal is ongetwijfeld Marcel Peeper. Een schandalige overtreding van de Rus Sergej Gorloekovitsj maakte al na 18 minuten een einde aan de interlandloopbaan van de aanvaller van FC Twente. Marcel Peeper raakte nooit meer op zijn oude niveau.
 

  • Tags:

Laatste artikelen